Meertaligheid: is dat de toekomst?

Meertaligheid wordt steeds actueler, maar is het wel echt zo dat iemand er beter van wordt? Is het daadwerkelijk goed voor de ontwikkeling? Wat zijn de voordelen van meertaligheid? En wat betekent het voor de toekomst?

Een tweede taal is slecht voor de moedertaal

Deze opmerking wordt vaker gemaakt. Natuurlijk is het zo dat een tweede taal de eerder geleerde moedertaal beïnvloedt. Dit hoeft echter geen negatief punt te zijn. Sterker nog, vaak is een kind dat meertalig wordt opgevoed bewuster bezig met taal. Bovendien kunnen beide talen juist versterkend werken. Daardoor kan het kind zich beter uitdrukken en heeft hij vaak een grotere woordenschat.

Meertalig opvoeden of een tweede taal leren

Wilt u dat uw kind echt meertalig wordt, dan zult u beide talen evenveel waarde moeten toekennen. Het kind voelt het aan wanneer u de moedertaal belangrijker vindt. Ouders leggen vaak meer nadruk op het Nederlands, terwijl de andere taal als een ‘vreemde taal’ gezien wordt. Dit is nadelig voor de taalontwikkeling van het kind. In dat geval lijkt het namelijk meer alsof het kind een tweede taal leert, terwijl beide talen gelijkwaardig aan elkaar zouden moeten zijn. Zoek daarin dus ook naar de juiste balans. Het is goed om hierover te overleggen met school.

Een ondergesneeuwd kindje?

Hoewel het woord ‘meertaligheid’ vandaag de dag steeds vaker gehoord wordt, is er toch nog bijzonder weinig informatie over. Dit zorgt voor veel onduidelijkheid. Juist om die reden is communicatie tussen de opvoeders over de meertaligheid van het kind van belang. Kinderen zijn heel goed in staat om twee talen tegelijk te leren. Zij nemen informatie sneller op dan volwassenen en taalverwerving gaat bovendien op een andere manier dan op latere leeftijd. Het gaat heel vloeiend, bijna probleemloos. Het is hierbij natuurlijk wel belangrijk dat de talen die aangeleerd worden vloeiend gesproken worden door (een van) de opvoeders.

De voordelen van meertaligheid

De wereld wordt steeds kleiner. Door de globalisatie beginnen culturen in elkaar over te vloeien. Mensen emigreren vaker dan ooit. Er is veel meer internationaal werk. In die wereld groeit uw kind op. Meertaligheid is dan ook een groot voordeel. Zij kunnen meerdere talen vloeiend spreken. In de wereld van de toekomst zullen hun talen zeker nuttig zijn.

Bovendien wees een onderzoek van de Vrije Universiteit van Brussel onlangs uit dat kinderen die meertalig zijn, sterker zijn in cognitieve vaardigheden. De meertalige kinderen die deelnamen aan het onderzoek voerden hun taken sneller uit dan de kinderen die slechts één taal geleerd hadden. De EU maakt zich sterk voor een tweetalig Europa. Zij zouden het liefst zien dat in de toekomst alle Europeanen twee of meer talen spreken.

Op welke leeftijd een kind meertalig opvoeden?

Bij meertaligheid geldt vooral: hoe jonger het kind, hoe gemakkelijker hij of zij zich een taal eigen kan maken. Bied de tweede taal daarom ook aan wanneer het kind nog heel jong is. Taalverwerving begint al in de peuterjaren. In de leeftijd van 2 tot 3 jaar bouwt een kind een enorme woordenschat op.

De meningen over de precieze leeftijd waarop een meertalige opvoeding moet beginnen, lopen wel wat uiteen. Zo wordt ook aangegeven dat kinderen van rond de 2 jaar slechts behoefte hebben aan functionele taal. Zij willen communiceren met hun omgeving, sociaal zijn. Voorstanders hiervan geven aan dat het vroeg genoeg is om met meertaligheid te beginnen als het kind rond de 4 jaar is. Welke keuze u zelf ook zou maken bij een meertalige opvoeding, het gaat er vooral om consequent te zijn. Zorg ervoor dat het kind beide talen even belangrijk vindt. Alleen dan zal het kind twee talen vloeiend kunnen leren. In een wereld die zo sterk globaliseert, maakt taal het verschil.

Lees ook: Onvertaalbare woorden

De kunst van het online vertalen

 

Wanneer we een tekst hebben die vertaald moet worden en we zelf al over enige kennis van die taal beschikken, dan zijn we al snel geneigd om online aan de slag te gaan. Er is immers van alles te vinden op internet. Het is niet alleen mogelijk om losse woorden te vertalen, maar ook zinnen vertalen is eenvoudig. Vertaalmachines als Google Translate maken het online vertalen voor iedereen mogelijk. Maar is dat wel echt zo?

Online vertalen

Online vertalen met een vertaalmachine

Het omzetten van losse woorden is iets heel anders dan volledige zinnen vertalen. De meeste vertaalmachines hebben beslist nog geen kaas gegeten van de zinsvolgorde en dit is dan ook terug te zien in de vertalingen. Online vertalen is echt iets wat ook met een beetje kennis van zaken moet gebeuren. Een simpele voorbeeldzin ter illustratie: ‘The boy winked as the beautiful girl went by.’ Wat geeft Google Translate hierop bijvoorbeeld voor antwoord? Het volgende: ‘De jongen knipoogde als het mooie meisje ging door.’ De meeste ingrediënten zitten erin: jongen, meisje, knipogen. Ze zijn echter niet op de juiste manier afgewogen, de zin is grammaticaal niet juist. Daarnaast veranderen de laatste twee woorden voor ons in één klap de betekenis. Liep ze nu langs of liep ze snel door? Cruciaal voor het verhaal, nietwaar?

Een falende vertaalmachine

Het kan echter ook gebeuren dat de vertaalmachine bij het online vertalen compleet mist, zoals in het volgende voorbeeld. De brontaal (Duits) zegt: ‘Wie empfindet mein Tier die Hitze?’ Google Translate maakt hiervan: ‘Hoe voelt mijn dierlijke warmte?’ Het lijkt me overbodig om uit te leggen dat dit niet de strekking is van de vraag. En wat dacht u van een recente misser van Bing? Deze machine vertaalde ‘Daesh’ [Islamitische Staat] met ‘Saudi-Arabië’. Echt gevaarlijk wordt online vertalen bij licht-medische artikelen of bijvoorbeeld zakelijke overeenkomsten. Één verkeerd voorzetsel en de tekst kan compleet veranderen. Zo kan online vertalen met een vertaalmachine bijzonder vervelende gevolgen hebben. Spreekwoorden en uitdrukkingen zijn niet in elke taal gelijk en soms bestaan ze in de vreemde taal niet eens. En in dat geval gaat een vertaalmachine toch echt voor een letterlijke vertaling. En zegt u nu zelf ‘Schraalhans is keukenmeester’ is ook niet gemakkelijk om te zetten naar een andere taal, toch?

Online vertalen 2

Vertalen is een vak

Online vertalen kan gemakkelijk zijn voor kleine zaken, maar de vertaalmachine is niet altijd de juiste oplossing. Vertalen is en blijft een vak en wij helpen u daar graag mee. Heeft u een vraag of wilt u een deel van een tekst graag vertaald zien voor meer duidelijkheid? Neem vrijblijvend contact met ons op.

Onvertaalbare woorden

Zijn alle woorden vertaalbaar of kunnen we ook spreken over onvertaalbare woorden?

Is alles daadwerkelijk om te zetten van de ene naar de andere taal? Dat is wat ‘vertalen’ inhoudt volgens de Van Dale: ‘van de ene taal in de andere overbrengen’. Goed vertalen is moeilijk, omdat dat juist inhoudt dat je niet alleen de tekst, maar ook het gevoel in die tekst overbrengt. In de vertaalwetenschap gaat het dan over het ‘register’, feitelijk betekent dat niet meer dan het niveau of de stijl van het taalgebruik. Het gaat dan om nuances in een taal. Iedere Nederlander voelt het verschil tussen ‘vreten’ en ‘eten’ en een ‘boulevard’ is iets anders dan een ‘straat’, terwijl deze woorden wel als synoniemen van elkaar gezien kunnen worden. Wanneer je onder ‘onvertaalbaarheid’ verstaat dat woorden niet met precies dezelfde nuance in de andere taal omgezet kunnen worden, dan bestaat het.

Taalleemte

Een woord bestaat in de ene taal wel, maar in de andere taal niet. Zoiets noemt men een ‘taalleemte’. Je mist de nuance dan. Een bekend voorbeeld in het Nederlands is het woord ‘gezellig’. Geen enkele andere taal kent een woord voor ‘gezellig’. Wel woorden die erbij in de buurt komen: gemütlich in het Duits, cosy in het Engels, agréable in het Frans, maar niets staat exact gelijk aan ‘gezellig’. Het Schots heeft ook een erg leuk woord in deze categorie, namelijk ‘Tartle’, wat duidt op het getwijfel dat zich voordoet wanneer je iemands naam vergeten bent en diegene dus niet bij de naam kunt noemen. Het Braziliaans heeft zelfs een woord voor het zachtjes strelen door de haren van je geliefde, namelijk: ‘cafune’.

De mythe van ‘razbliuto’

Een woord dat ook vaak als voorbeeld genomen wordt, is het Russische woord ‘razbliuto’. Dit zou een Russisch woord zijn om het gevoel weer te geven dat je altijd zult houden voor een verloren liefde. 

Het woord is in diverse talen bekend, maar helaas … niet in het Russisch! Sterker nog; velen zullen dit woord herkennen, maar als je het tegen een Rus zegt, staat die je enkel aan te kijken alsof hij water ziet branden. In principe bestaat alleen het voorvoegsel ‘raz’. Russen hebben wel een aantal redenaties over het ontstaan van deze mythe. Zo zou het kunnen komen van een samenvoeging van ‘razlyubit’ (het eindigen van een liefde) en het scheldwoord ‘blyad’ (hoer). Een ander geeft als verklaring: ‘Razbliuto – wanneer je hart gebroken wordt, drink je tot je misselijk bent. Dan krijg je de neiging tot ‘razblyuto’, waarbij blyuto gebaseerd is op een vervoeging van het Russische werkwoord voor overgeven. Dus helaas, het is een mooi woord, maar in werkelijkheid is het slechts een mythe.

Taalgrapjes

Ook taalgrapjes zijn niet altijd eenvoudig te vertalen. Bijvoorbeeld: ik zag laatst een foto van een onheilspellende buienlucht boven het Franse land. Ik reageerde daarop met ‘La douce France?’. Het antwoord was toen: ‘Non, la douche France.’  Wanneer je de vraag vrij letterlijk vertaald met ‘Het vriendelijke Frankrijk?’ en het antwoord met ‘Nee, een stortbui in Frankrijk.’ , dan valt de essentie van de grap weg. Klankgrappen vallen heel vaak weg, doordat het ongelooflijk moeilijk is om dat door te voeren in de andere taal, terwijl je ook nog de letterlijke vertaling in stand houdt. Een voorbeeld uit een tekst waar dit wel mooi gelukt is, is een citaat uit ‘The Great Gatsby’.

In het origineel staat geschreven:

One thing’s sure and nothing’s surer
the rich get richer and the poor get – children.

Hier wordt het rijmwoord ‘poorer’ gesuggereerd. In het Duits wordt hiervan gemaakt:

Einzig gewiss in der Welt ist nur eins
Die Reichen bekommen’s Geld und die Armen bekommen – Kinder.

De grap van het rijmwoord dat verwacht wordt, komt hier in terug door het gebruik van het woord ‘eins’ waar men op kan rijmen met ‘keins’, terwijl dat dus ook ongeveer dezelfde betekenis heeft als in het Engelse origineel.  

Zijn woorden dan onvertaalbaar?

Wanneer je de beschrijvende optie niet uitsluit, zijn alle woorden vertaalbaar, maar als je uitgaat van een letterlijke vertaling van een woord, dan loop je vast. De ene taal is rijker dan de andere taal. Ook zit je vast aan culturele aspecten. Zwarte Piet wordt Black Peter, le père Fouettard of Knecht Ruprecht genoemd in onze buurlanden, maar wanneer we deze man iets verder van huis willen introduceren, zal men ons toch algauw met een glazige blik aankijken.

Bij een discussie over onvertaalbaarheid kwam ook het woord ‘krentenkakker’ aan de orde. Dat heeft hier toch een bijzondere klank en het zou ook een typisch Nederlands woord zijn. In het Frans wordt het doorgaans vertaald met een uitdrukking: ‘Il n'attache pas son chien avec des saucisses.’ wat letterlijk overgezet zoveel betekent als: ‘Hij bindt zijn hond niet aan zich met worst.’ Een grapjas merkte op dat het woord ‘krentenkakker’ ook wel in het Duits zou bestaan, wanneer je de k’s zou vervangen door c’s. Immers, bij verduitsen naar steenkolenduits wordt vaak van deze techniek gebruik gemaakt. Het woord ‘Geizhals’ kan een vertaling zijn, maar dat zou bij ons waarschijnlijk eerder vertaald worden met ‘gierigaard’.

Kortom: woorden, zinnen, teksten kunnen in vele talen opgediend worden, maar de ‘smaak’ is niet altijd hetzelfde.

Ik wil graag afsluiten met een gedicht van Charivarius, dat zo goed demonstreert hoe moeilijk ook het Nederlands is voor buitenlanders die onze taal willen leren.

 

Nederlands moeilijk te leren?
 

Men spreekt van één lot, en verschillende loten,
Maar ’t meervoud van pot is natuurlijk geen poten.
Zo zegt men ook altijd één vat en twee vaten,
Maar zult u ook zeggen één kat en twee katen?

Laatst ging ik vliegen, dus zeg ik vloog.
Maar zeg nou bij wiegen beslist niet: ik woog,
Want woog is nog altijd afkomstig van wegen,
Maar is dan ‘ik voog’ een vervoeging van vegen?

Wat hoort er bij ‘zoeken’? Jazeker, ik zocht,
En zegt u bij vloeken dus logisch: ik vlocht?
Welnee beste mensen, want vlocht komt van vlechten.
En toch is ik ‘hocht’ niet afkomstig van hechten.

En bij lopen hoort liep, maar bij kopen geen kiep.
En evenmin zegt men bij slopen ‘ik sliep’.
Want sliep moet u weten, dat komt weer van slapen.
Maar fout is natuurlijk ‘ik riep’ bij het rapen.

Want riep komt van roepen. Ik hoop dat u ’t weet
En dat u die kronkels beslist niet vergeet.
Dus kwam ik u roepen, dan zeg ik ‘ik riep’.
Nu denkt u van snoepen, dat wordt dan ‘ik sniep’?

Alweer mis m’n beste, maar u weet beslist,
Dat ried komt van raden, ik denk dat u ’t wist.
Komt bied dan van baden? Welnee, dat wordt bood.
En toch volgt na wieden beslist niet ‘ik wood’.

‘Ik gaf’ hoort bij geven, maar ‘ik laf’ niet bij leven.
Dat is bijna zo dom als ‘ik waf’ hoort bij weven.
Zo zegt men: wij drinken en hebben gedronken.
Maar echt niet: wij hinken en hebben gehonken.

’t Is moeilijk, maar weet u: van weten komt wist,
maar hoort bij vergeten nou logisch vergist?
Juist niet zult u zeggen, dat komt van vergissen.
En wat is nu goed? U moet zelf maar beslissen:

Hoort bij slaan nu ik sloeg, ik slig, of ik slond?
Want bij gaan hoort ik ging, niet ik goeg of ik gond.
En noemt u een mannetjesrat nu een rater?
Dat geldt toch alleen bij een kat en een kater